home *** CD-ROM | disk | FTP | other *** search
/ The VPRO Digital Guide 1994 / vpro.iso / vpro1 / mdtext / md418t00.txt < prev    next >
Encoding:
Text File  |  1994-08-17  |  3.1 KB  |  10 lines

  1. Bruno Latour over wetenschap
  2.  
  3.  
  4.  
  5. Voor een wetenschappelijk magazine is het eigenlijk een heel logisch onderwerp. Vanavond in Noorderlicht: Wat is wetenschap?
  6. Toegegeven, een wel erg breed onderwerp, maar zo zal het dan ook niet gepresenteerd worden. Centraal in de uitzending staat namelijk Bruno Latour, wetenschapssocioloog, ook wel wetenschapsfilosoof. Latours vakgebied is van oorsprong de antropologie. En waarom niet de methoden van de antropologie op een andere manier toegepast, meende hij 15 jaar geleden. Eind jaren zeventig deed Latour veldonderzoek in het Salk Institute in Californiæ, waar hij wetenschappers bestudeerde. Het resultaat was het boek 'Laboratory life'. De wetenschapper als soort gedetermineerd. Latour poogt met zijn onderzoeken - onlangs kwam zijn nieuwe boek 'La clef de Berlin' uit - aan te tonen dat de naar de naakte waarheid dorstende onderzoeker niet bestaat. De wetenschapper is onderdeel geworden van wat Latour 'technoscience' noemt. Dat begrip staat voor alles wat bij de produktie van wetenschap komt kijken, dwz instrumenten, experimenten, theorieæn, medewerkers, geldschieters, politici enzovoort. In dit web van belangen streeft de wetenschapper naar succes. Want succes levert krediet op. Op het moment dat een wetenschappers zijn theorie geloofwaardig heeft gemaakt, kan hij gaan oogsten. Het wetenschappelijke succes moet te gelde worden gemaakt. Dit alles betekent dat de wetenschapper in Latours visie niets heeft aan 'ontdekkingen' die een half mensenleven in beslag kunnen nemen, maar aan snelle projecten die resultaat opleveren waar de mensheid iets aan heeft. Wetenschap moet kortom hapklare brokken opleveren.
  7. In 'La clef de Berlin' gebruikt Latour het voorbeeld van de biochemicus Pierre Kernowicz, die dertig jaar geleden aantoonde dat de teelballen verschillende hormonen afscheiden bij verschillende temperaturen. Dat was het startpunt van een wetenschappelijke carriÅre die Kernowicz faam heeft gebracht: een leerstoel in Californiæ en speculaties over een Nobelprijs. Dat alles was echter niet gebeurd als de man niet zo doeltreffend gebruik had weten te maken van wat hij ontdekte en op welk onderzoek hij zich daarna zou storten. Kernowicz komt in 1969 op het Salk Institute terecht, werpt zich op een overzichtelijk project, het isoleren van een celgroei bevorderend hormoon. Dat lukt niet, maar hij ontdekt wel in een onzuiver preparaat een groeifactor. Bingo. Hij hoeft de ontdekking slechts te claimen en hij is binnen. Na veel gedonder met andere onderzoekers die op hetzelfde terrein bezig waren, wint Kernowicz. Als hij daarna ook nog een toepassing vindt, namelijk op ateriosclerose (de verzamelnaam voor degeneratieve processen in de slagaderwand) komt het geld met bakken tegelijk binnen.
  8. Het is geen innemend beeld dat Latour schetst, maar het is natuurlijk wel alleen van toepassing op die gebieden van de wetenschap waar ook daadwerkelijk geld mee te verdienen valt. Het lijkt onwaarschijnlijk dat Latour een dergelijk boek had kunnen schrijven over een literatuurwetenschapper. (Hugo Blom)
  9.  
  10.