home
***
CD-ROM
|
disk
|
FTP
|
other
***
search
/
Internet 1996 World Exposition
/
park.org.s3.amazonaws.com.7z
/
park.org.s3.amazonaws.com
/
Guests
/
elias
/
eljaar95.res
< prev
next >
Wrap
Text File
|
2017-09-21
|
33KB
|
789 lines
<!DOCTYPE HTML PUBLIC "-//W3C//DTD HTML 3.2//EN">
<HTML>
<HEAD>
<TITLE>Jaarverslag 1995</TITLE>
<META NAME="GENERATOR" CONTENT="Mozilla/3.0Gold (Win16; I) [Netscape]">
</HEAD>
<BODY BACKGROUND="elback.gif">
<H1 ALIGN=CENTER><FONT COLOR="#808080">Jaarverslag 1995</FONT></H1>
<P>Inhoudsopgave:<BR>
<BR>
<A HREF="eljaar95.htm#Voorwoord">Voorwoord<BR>
</A><A HREF="eljaar95.htm#Produktie">Produktie in 1995<BR>
</A><A HREF="eljaar95.htm#Analyse">Analyse van de verblijfsduur<BR>
</A><A HREF="eljaar95.htm#Thuisgeweld">Thuisgeweld tegen vrouwen<BR>
</A><A HREF="eljaar95.htm#Complex">Complexe problematiek en zorgverbreding<BR>
</A><A HREF="eljaar95.htm#Activiteiten">Activiteiten<BR>
</A><A HREF="eljaar95.htm#Onderneming">De onderneming</A><BR>
<BR>
<BR>
<A HREF="eljaar.htm#"><IMG SRC="elterug.gif" BORDER=0 HEIGHT=35 WIDTH=20></A>
<BR>
<BR>
<BR>
<BR>
<BR>
<BR>
<BR>
<BR>
<BR>
<BR>
<BR>
<BR>
<BR>
<BR>
<BR>
<BR>
<BR>
<BR>
<BR>
<BR>
<BR>
<BR>
<A NAME="Voorwoord"></A></P>
<P><B>Voorwoord</B></P>
<P>Het jaarverslag 1995 van Het Eliashuis geeft aandacht aan de resultaten
van het werk. In 1994 richtten de inspanningen zich in hoofdzaak op het
totstandbrengen van uitbreiding en verhuizing. In 1995 kon een begin worden
gemaakt met verbetering van het aanbod, versterking van de organisatie
en plannen voor nieuwe activiteiten. Daarmee gaan we in 1996 verder. </P>
<P>In 1995 kwam een omslag in het zelfbeeld van de organisatie op gang.
Maatschappelijke ontwikkelingen hebben hun weerslag gevonden in Het Eliashuis.
Van non-profitinstelling naar sociale onderneming. De Gemeente Amsterdam
kondigde een 'nieuwe relatie' aan en besloot het inkoopexperiment te verbreden
naar alle instellingen voor Maatschappelijke Opvang. Daarbij gaat het om
de onderneming als productiebedrijf. </P>
<P>In het verslag vindt u een verantwoording van de productie in 1995.</P>
<P>Behalve het regelen van de bestaande productie is plaatsbepaling op
een breder terrein van belang. Over de omvang van thuisgeweld tegen vrouwen
(en hun kinderen) in Amsterdam werd in 1995 meer bekend. De hoofdlijn is
hier terug te vinden. </P>
<P>De afstemming binnen het Amsterdamse circuit van vrouwenopvang leidde
tot vraag naar meer begeleiding voor de vrouwen en kinderen die in Het
Eliashuis verblijven. De helft van de opnames is een vervolg op een acute
opname in andere instellingen die nodig is vanwege intensieve zorgbehoeften.
</P>
<P>De kerntaak van Het Eliashuis is in 1995 niet veranderd. De werkzaamheden
zijn erop gericht bij te dragen aan herstel van mogelijkheden van getraumatiseerde
vrouwen en kinderen. Het zorgen voor een fysiek en psychisch veilige plaats
om te verblijven vormt een voorwaarde zonder meer. In combinatie daarmee
heeft het herstel te maken met maatschappelijke bestaansvoorwaarden, opheffing
van dreigingen en crisissituaties, voldoende verwerking van ervaringen
van geweld en verlies, herstel van de relatie van de vrouw met haar kinderen
en voorbereiding op alleenstaand ouderschap. </P>
<P>De bestrijding van thuisgeweld heeft politieke aandacht. Preventie,
in de ruime betekenis van dit begrip, wordt naast opvang - centraal gesteld.
Graag gaan wij daarop in. Wij hebben ons in 1995, in samenwerking met Blijf
van m'n Lijf Amsterdam, gezet aan het ontwikkelen van een eerste projectvoorstel.
</P>
<P>Het Meldpunt Vrouwenopvang Amsterdam, samenwerkingsproject van de voorzieningen
voor vrouwenopvang in Amsterdam, is ondergebracht bij Het Eliashuis. Deze
activiteit heeft een eigen verslaglegging en komt in dit verslag daarom
slechts zijdelings aan de orde. </P>
<P>Het financieel verslag over 1995 is afzonderlijk uitgebracht. Ik hoop
dat u met belangstelling dit verslag zult lezen. </P>
<P>Namens bestuur en medewerkers van Het Eliashuis,</P>
<P>Aleid van den Brink, directeur</P>
<P><BR>
<BR>
<A HREF="eljaar95.htm#"><IMG SRC="elterug.gif" BORDER=0 HEIGHT=35 WIDTH=20></A>
<BR>
<A NAME="Produktie"></A></P>
<P><B>Produktie in 1995</B></P>
<P>Het Eliashuis beschikt over een capaciteit van 63 bedden voor intramurale
opvang en begeleiding:</P>
<UL>
<LI>12 vrouwen en 13 kinderen in de eerste fase met een leefgroep en crisishulpverlening
</LI>
<LI>13 vrouwen en 15 kinderen in de tweede fase met intern begeleid wonen
en psychosociale hulpverlening </LI>
<LI>10 vrouwen in project vrouwen 40-60 met crisishulpverlening</LI>
</UL>
<P>Het aanbod bestaat uii een aantal met elkaar verbonden en samenhangende
elementen zoals:</P>
<UL>
<LI>zorg voor aanmeiding en opname</LI>
<LI>veilig verblijf</LI>
<LI>accommodatie voor tijdelijk wonen met alle diensten die daarvoor nodig
zijn </LI>
<LI>leefgroepbegeleiding en psychosociale begeleiding aan vrouwen en kinderen
</LI>
<LI>financiële dienstverlening en belangenbehartiging </LI>
<LI>kinderopvang en activiteiten </LI>
<LI>nazorg<BR>
</LI>
</UL>
<P>BEZETTING</P>
<P><IMG SRC="elblz5.gif" HEIGHT=122 WIDTH=347><BR>
</P>
<H1><FONT SIZE=+0>Veranderd in 1995:</FONT></H1>
<UL>
<LI>Het traject vóór opname is voor het eerst in beeld gebracht:
steeds vaker komen cliënten na een (korte) acute opname elders; </LI>
<LI>De vrouwen in Ie en 2e fase worden gemiddeld (nog) steeds jonger; ook
het aantal jonge kinderen neemt toe;' </LI>
<LI>Het project vrouwen 40-60 trekt in toenemende mate ook allochtone vrouwen;
</LI>
<LI>De verblijfsduur in de tweede fase is langer geworden:deels gewenst,
deels ongewenst. Onderwerp voor een afzonderlijke analyse. </LI>
</UL>
<H1><FONT SIZE=+0>Niet veranderd in 1995, maar wel van belang:</FONT></H1>
<UL>
<LI>Het Eliashuis zit 'altijd vol';</LI>
<LI>Ongeveer 60 % van de cliënten is vóór opname woonachtig
in Amsterdam; </LI>
<LI>Meer dan de helft van de opnames betreft vrouwen die niet de Nederlandse
nationaliteit bezitten of van allochtone herkomst zijn; daarbij komen problemen
met het kunnen/mogen verblijven in Nederland; </LI>
<LI>Er is met de cliënten meer aan de hand dan 'alleen' de directe
aanleiding van het geweld. </LI>
</UL>
<P><A HREF="elblz6.gif">Tabellen: Aantal opnames in 1995 en het traject</A></P>
<P><A HREF="elblz7.gif">Tabellen: Aantal vertrokken clienten, Leeftijd,
Geografische herkomst, Nationaliteit<BR>
<BR>
</A><A HREF="elblz8.gif">Tabellen: Herkomst, Verblijfstatus, Problematiek</A></P>
<P><A HREF="elblz9.gif">Tabellen: Verblijfsduur, Vertrek</A></P>
<P><A HREF="eljaar95.htm#"><IMG SRC="elterug.gif" BORDER=0 HEIGHT=35 WIDTH=20></A>
<BR>
<BR>
<BR>
<A NAME="Analyse"></A></P>
<P><B>Analyse van de verblijfsduur</B></P>
<P><BR>
</P>
<P>De tabellen over de verblijfsduur laten zien dat de uitstroom in 1995
is vertraagd. De verlenging van het verblijf is opgetreden in de tweede
fase. In de eerste fase is zowel het aantal opnames als de verblijfsduur
vergelijkbaar met het jaar ervoor. In de tweede fase was in 1994 30% van
de plaatsen beschikbaar voor instroom van buiten. In 1995 was de capaciteit
bijna volledig nodig voor eigen doorstroom. </P>
<P>Binnen project vrouwen 40-60 is het aanbod dat voorheen bij de Stichting
Vrouwen 40-60 bestond (kortdurend verblijf met vervolg elders in de vrouwenopvang)
aangepast aan de huidige hulpvragen en mogelijkheden. Er is fase-gewijs
gewerkt tot vertrek naar nieuwe zelfstandige huisvesting. </P>
<P>De cijfers van het gemiddelde bieden echter niet alle informatie: de
uitkomsten van 1995 zijn niet zonder meer te vergelijken met 1994. In 1994
startte de tweede fase en project vrouwen 40-60 vanaf het tweede kwartaal.
De gerealiseerde verblijfsduur van 1995 geeft daarom een meer volledig
beeld. </P>
<P>Daarbinnen is grote individuele variatie. Er zijn kortdurende verblijven
die leiden tot terugkeer van de vrouw naar de oude woonsituatie of verwijzing
naar een andere instelling. Langerdurende verblijven variëren tussen
twee en twaalf maanden. </P>
<P>Het gaat daarom niet om het realiseren van een standaardproces, maar
om individuele trajecten. De fasering die in het aanbod is aangebracht
wordt flexibel ingezet. </P>
<P>De eerste fase van het verblijf is gericht op het herstel van evenwicht
en ritme en het opheffen van dreiging. In deze fase speelt de leefgroep
een belangrijke rol: het bieden van veiligheid, het opheffen van isolement,
en het vinden van herkenning en steun bij anderen, staan centraal. </P>
<P>De tweede fase legt het accent op het verwerken van geweld en verlies,
het herstel van de relatie met de kinderen, het tot stand brengen van een
nieuw perspectief en op de voorbereiding op alleenstaand ouderschap. </P>
<P>Voor de tweede fase zijn zelfstandige wooneenheden beschikbaar waar
de cliënt een eigen huishouding kan voeren. </P>
<P>Aan de bestaansvoorwaarden wordt gedurende het hele verblijf aandacht
geschonken. </P>
<P>In project vrouwen 40-60 wordt ook gefaseerd gewerkt. Ervaringen met
geweld (bij tweederde van de opnames de acute aanleiding opvang te vragen)
en andere onverwerkte problemen, in combinatie met verminderde veerkracht,
zorgen voor een grote psychische belasting. Bijzonder is in deze levensfase
dat veel vrouwen een positief toekomstperspectief verliezen en angst ondervinden
voor het alleen verder gaan. De specifieke opvang houdt rekening met: socialisatie
van vrouwen van deze leeftijd, weggestopte of verdrongen geweldservaringen,
de rol van de geloofsopvatting, eventueel oorlogsverleden. Tussen leeftijdgenoten
Ieren de cliënten hun problemen te delen en bouwen zij aan een nieuw
perspectief. Onderlinge kontakten van de cliënten houden stand na
vertrek. </P>
<P>Het is in een aantal gevallen noodzakelijk geweest de betrokkene meer
dan gemiddeld tijd te gunnen. Bijvoorbeeld om eerst een basistaalvaardigheid
Nederlands te kunnen verkrijgen. Het verkrijgen van voldoende emotionele
stabiliteit om met succes zelfstandig te kunnen wonen, neemt soms maanden
in beslag. De situatie kan ook langer dan gemiddeld voor de cliënt
ambivalent blijven: wel of geen terugkeer naar de partner, met veel sociale
druk en pogingen tot dwang van deze partner. </P>
<P>De verblijfsduur is soms - spijtig genoeg - ook langer geworden vanwege
externe belemmeringen die Het Eliashuis niet kon wegnemen: </P>
<UL>
<LI>Het beleid van de stedelijke woningdienst: Er trad vertraging op vanwege
verscherping van de criteria voor toekenning van sociale indicatie. In
een aantal gevallen moest rapportage worden bijgesteld, nieuw bewijs geleverd,
etc. Dit nam extra tijd. De maatregelen leidden er ook toe dat bij een
enigszins 'afwijkende' situatie het verkrijgen van voorrang werd bemoeilijkt;
hierover is veelvuldig kontakt onderhouden met de betrokken medewerkers
van de Stedelijke Woning Dienst; </LI>
</UL>
<UL>
<LI>In Amsterdam ontbreken herhuisvestingsmogelijkheden voor vrouwen tot
35 jaar zonder kinderen: er bestaat geen recht op sociale indicatie; er
is nauwelijks (enigszins passende) woonruimte te vinden; enkele van de
cliënten konden gebruik maken van een woningaanbod buiten Amsterdam
via de Woonbond; </LI>
</UL>
<UL>
<LI>Het Amsterdamse systeem van woningaanbiedingen is veranderd; de wachttijd
is daarmee gemiddeld toegenomen; </LI>
</UL>
<UL>
<LI>De bereidheid snel regelingen te treffen bij huurschulden neemt bij
woningbedrijven en kredietverschaffers af; </LI>
</UL>
<UL>
<LI>Er treedt vertraging op bij de behandeling en toekenning van uitkeringen,
inrichtingsleningen en bijzondere kosten vanwege achterstanden in de werkzaamheden
van de Gemeentelijke Sociale Dienst (ondanks grote inspanningen van de
betrokken ambtenaren) en aanvragen die via de Gemeentelijke Kredietbank
moeten verlopen. </LI>
</UL>
<UL>
<LI>Voor een aantal vrouwen betekende dit een maand extra verblijf; </LI>
</UL>
<UL>
<LI>Bij onzekerheid over de verblijfsstatus kunnen procedures lang uitlopen.
Na afwijzing moet beroep worden aangetekend. Zonder ziektekostenverzekering,
uitkering en inrichting kan de betrokkene niet zelfstandig wonen. </LI>
</UL>
<P>Samenwerking en kontakt met naburige instellingen en instanties bevordert
de kwaliteit van het werk alsmede de doorstroming. In 1995 hadden we onder
meer kontakt met de Gemeentelijke Sociale Dienst, de Stedelijke Woningdienst,
de politie, scholen en jeugdgezondheidszorg, RIAGG en crisiscentrum, vestigingen
van het AMW en sociaal raadslieden, advocaten, het Bureau Alleenstaande
Ouders van de GG&GD, afdelingen van SIJA, afdelingen van AFRA, Boddaert,
Raad voor de Kinderbescherming en Voogdijverenigingen. Dit netwerk breidde
zich ook in 1995 verder uit. </P>
<P>Voor de toekomst geldt:</P>
<UL>
<LI>Doelstelling blijft het verblijf niet langer dan noodzakelijk te laten
duren; </LI>
<LI>De tijdsduur moet individueel kunnen variëren; de woonvorm en
hulpverlening moeten daarbij onderling onafhankelijk kunnen zijn; continuteit
in de begeleiding is geboden; </LI>
<LI>Er is een verdere differentiatie nodig in wonen voor een aantal vrouwen
in de zin van een woon-tussenvoorziening na de tweede fase van verblijf
in Het Eliashuis; daarnaast moet tijdig zelfstandige woonruimte beschikbaar
komen; </LI>
<LI>Voor vrouwen met kinderen is stabiliteit in het wonen gewenst; elke
verhuizing betekent voor de kinderen opnieuw afscheid nemen, wennen en
kontakt opbouwen op school en de omgeving; </LI>
<LI>Er moeten mogelijkheden komen voor zelfstandige huisvesting voorjonge
vrouwen; </LI>
<LI>De begeleiding moet na tijdig vertrek naar zelfstandig wonen voor een
aantal vrouwen nog enige tijd doorgaan; </LI>
<LI>Andere vormen van nazorg zijn in ontwikkeling met het preventieproject.</LI>
</UL>
<P><A HREF="eljaar95.htm#"><IMG SRC="elterug.gif" BORDER=0 HEIGHT=35 WIDTH=20></A>
<BR>
<BR>
<BR>
<A NAME="Thuisgeweld"></A></P>
<P><B>Thuisgeweld tegen vrouwen</B></P>
<P><BR>
De aanvraaggegevens 1991 tot en met 1994 van het Meldpunt Vrouwenopvang
Amsterdam zijn in 1995 onderzocht met het doel zicht te krijgen op omvang
en aard van thuisgeweld in Amsterdam. In december 1995 verscheen het artikel
'Thuisgeweld tegen vrouwen, Het Meldpunt Vrouwenopvang Amsterdam, 1991-1994'
in het Tijdschrift voor Criminologie (37, nr.4), een themanummer over Gezinsgeweld.
De hoofdlijnen daarvan: </P>
<P>Jaarlijks komen er 700 'nieuwe' Amsterdamse vrouwen bij, die opvang
vragen vanwege thuisgeweld, geweld dat is uitgeoefend door hun (ex)partner.
Zij zoeken opvang voor zichzelf en hun kinderen. De kinderen zijn nog iets
groter in getal: circa 800. Allochtone vrouwen zijn in deze groep oververtegenwoordigd:
meer dan de helft van alle aanvragen. Voor hen blijken vrouwenopvangvoorzieningen
toegankelijke, laagdrempelige voorzieningen. </P>
<P>De gegevens laten zien dat het probleem van vrouwenmishandeling - in
ieder geval in Amsterdam - nog emstiger en omvangrijker is dan Renée
Römkens concludeerde in haar grootschalig onderzoek eind tachtiger
jaren, temeer als bedacht wordt dat lang niet alle vrouwen die emstig mishandeld
worden een beroep doen op een opvangvoorziening. Römkens constateerde
een omvang van ruim 6 % emstig geweld door de partner. </P>
<P>Bij de presentatie van de onderzoeksgegevens komt ook de betrekking
'thuisgeweld-kinderen' aan de orde. Een citaat: <I>'De ruim zevenduizend
vrouwen die in de onderzochte jaren wegens geweld een beroep deden op de
Amsterdamse vrouwenopvang hadden ruim achtduizend kinderen bij</I> <I>zich,
die getuige zijn geweest van soms extreem, maar in ie der geval ontwrichtend
geweld - doorgaans van de kant</I> <I>van hun vader ofstiefvader - dat
ertoe leidde dat hun moe der opvang moest zoeken. Thuisgeweld tegen vrouwen
die</I> <I>opvang zoeken blijkt grotendeels geweld tegen moeders met opgroeiende
kinderen te zijn. ... Geweld tegen vrouwen</I> <I>dient niet alleen te
worden bestreden omdat slachtoffers daar recht op hebben - vanuit het concept
van de mensenrechten - of omdat de verhouding tussen mannen en vrou wen
minder ongelijk en gewelddadig moet worden. De bestrijding van dit geweld
is zeker zo belangrijk met het oog op de kinderen die er getuige van zijn.
... Daarom is - naast opvang van slachtoffers - uitwerking van preventieve
acti viteiten dringend gewenst.'</I></P>
<P>Nog een citaat: <I>'De oververtegenwoordiging van allochtone groepen
in de vrouwenopvangvoorzieningen wordt in het algemeen toegeschreven aan
het ontbreken van eigen</I> <I>familie of andere netwerken, waarop de vrouw
kan terug vallen, aan risicofactoren als grote ajhankelijkheid (zoals</I>
<I>bij de niet-zelfstandige verblijfstitel bij gezinsvorming) en aan isolement
(waaronder ook het niet spreken van de Nederlandse taal). Dat mishandeling
van allochtone vrouwen zo vaak voorkomt, bevestigt ook de invloed van sociaaleconomische
omstandigheden. Allochtonen bevinden zich immers onevenredig vaak in lagere
sociaal-economische</I> <I>posities. Een mogelijke invloed van cultuurverschillen
wordt zelden genoemd. Toch wijzen de grote verschillen tussen</I> <I>allochtone
groepen in onze gegevens ook in die richting.' </I></P>
<P><A HREF="eljaar95.htm#"><IMG SRC="elterug.gif" BORDER=0 HEIGHT=35 WIDTH=20></A>
<BR>
<BR>
<BR>
<A NAME="Complex"></A></P>
<P><B>Complexe problematiek en zorgverbreding</B></P>
<P>Vrouwen en kinderen die vanwege thuisgeweld hun woning moeten verlaten
zijn slachtoffer van criminaliteit. De vrouwenopvangcentra hebben dit altijd
erkend. Langdurige blootstelling aan ernstige vormen van geweld leidt tot
traumatisering van de persoon. De opgelopen schade vereist dan ook een
benadering die verder gaat dan 'afstand nemen van de dader en opnieuw beginnen'.
Het Eliashuis benadert de cliënten dan ook vanuit dit ruimere perspectief.
</P>
<P>In 1994 beschreven we de situatie van de cliënt. Wellicht ten overvloede
hier nogmaals: </P>
<H4>Complexe problematiek</H4>
<UL>
<LI>De vrouwen die worden opgenomen in Het Eliashuis komen vanwege een
onhoudbare situatie thuis, samenhangend met seksueel geweld of, voor het
project vrouwen 40-60, problematiek die in deze levensfase op velerlei
gebied actueel kan worden. Er is acuut opvang en hulpverlening nodig. </LI>
</UL>
<UL>
<LI>De cliënten die zijn opgenomen in de eerste en tweede fase hebben
langdurig te maken gehad met (seksueel) geweld. Dit kent veel vormen. Het
gaat daarbij om lichamelijk geweld, psychische onderdrukking en vernedering,
bedreiging, gedwongen seks. Ook komt gedwongen prostitutie voor. Het gaat
daarbij in de regel om geweld door de partner. </LI>
</UL>
<UL>
<LI>Bij sommïge vrouwen gingen andere problemen aan dit seksueel geweld
vooraf zoals uithuwelijking tegen de eigen wil op jonge leeftijd, seksueel
misbruik in de jeugd of mishandeling door de eigen ouders. </LI>
</UL>
<UL>
<LI>Voor een aantal vrouwen speelt het geweld zich af in de context van
migratie, het leven als vluchteling of asielzoeker. Deze context maakt
hen extra kwetsbaar. De kombinatie van seksueel geweld en migratie belast
het proces van afscheid nemen van het land van herkomst en de eigen familie
én van het vinden van een nieuwe identiteit in Nederland. Het ondervinden
van racisme en discriminatie komen nog daarbij. Sommige vrouwen zijn gevlucht
uit hun land van herkomst, na geweld. Er kan sprake zijn van vrouwenhandel.Het
bestaande gezinsverband wordt verbroken. De meeste vrouwen komen met hun
kinderen samen. De kinderen hebben te lijden gehad onder de situatie, hebben
mishandeling gezien of zelf ook meegemaakt. Hun moeder moet na het weggaan
thuis meestal onmiddellijk en volledig de positie van 'alleenstaande ouder'
innemen. Bestaande opvoedingsproblemen worden verscherpt. </LI>
<LI>De vrouwen die worden opgenomen in het project vrouwen 40-60 hebben
problemen die, vaak als gevolg van een indringende gebeurtenis of geweld,
actueel kunnen worden, zoals (seksueel) geweldservaringen in het verleden.
Vaak is er, door de tijdgebonden socialisatie van deze vrouwen, sprake
van onvoldoende of geen mogelijkheden tot verwerking. Het vertrouwde toekomstbeeld
valt weg, waardoor angstgevoelens kunnen optreden. </LI>
</UL>
<UL>
<LI>De konkrete gevolgen van het weggaan van huis zijn aanzienlijk. Financiële
onzekerheid, soms een grote schuldenlast, (dreigend) verlies van een verblijfsstatus
in Nederland, de opgave om nieuwe woonruimte te vinden en in te richten.
</LI>
</UL>
<UL>
<LI>Behalve konkrete en materiële problemen zijn er psychische gevolgen.
Door de complexe probleemsituatie hebben alle opgenomen vrouwen te maken
met een aantal ernstige psychosociale stressfactoren. Deze stressfactoren
overstijgen de beschikbare draagkracht en hebben deze ook aangetast. </LI>
</UL>
<P>Dit is veelvuldig zichtbaar in verschijnselen als:</P>
<UL>
<LI>emotionaliteit en prikkelbaarheid</LI>
</UL>
<UL>
<LI>passiviteit, apathie, gebrek aan energie</LI>
</UL>
<UL>
<LI>depressieve stemmingen</LI>
</UL>
<UL>
<LI>angsten en paniekaanvallen</LI>
</UL>
<UL>
<LI>lichamelijke klachten, psychosomatiek in vele gedaanten</LI>
</UL>
<UL>
<LI>woede gericht op zichzelf en anderen</LI>
</UL>
<UL>
<LI>verwardheid, identiteitsverlies</LI>
</UL>
<UL>
<LI>overlevingsmechanismen, zoals conflictvermijding en onderdanigheid,
ageergedrag, simulatie en dissociatie. </LI>
</UL>
<P>In het aanbod aan de cliënten krijgen deze gebieden concreet vorm.
Een groepsaanbod 'verwerking van geweld' werd in 1995 ontwikkeld. De activiteiten
door docenten zijn in<B> </B>ruimere mate aangeboden. Nieuw is een aanbod
van Nederlandse les, enkele keren per week, aan huis. De begeleiding ontwikkelt
zich in de richting van een nauwlettend volgsysteem. </P>
<P>In april 1995 deed Het Eliashuis - na interne voorbereiding een aanvraag
in het kader van een regeling zorgvemieuwing van de Ziekenfondsraad. De
regeling kent een onderdeel dat is bedoeld voor instellingen van Maatschappelijke
Opvang. Deze zorgvemieuwingsmiddelen zijn bestemd voor cliënten die
verblijven in instellingen voor Maatschappelijke Opvang en GGZ-geïndiceerd
zijn. De middelen zijn gevraagd om de bestaande begeleiding beter te kunnen
uitvoeren. </P>
<P>Bij de uitbreiding van Het Eliashuis in 1994 is 'meer voor minder' (per
bed) het motto geweest. Ten dele is dit daadwerkelijk gerealiseerd door
een betere bedrijfsvoering op grotere schaal. Met de gelijktijdige intensivering
van de vragen en behoeften zijn tekorten gebleken. De aanvraag bij de Ziekenfondsraad
gaf de mogelijkheid tot een goede balans te komen. </P>
<P>Er zijn op jaarbasis 20 plaatsen toegekend. Het proces van invoering
van deze nieuwe regeling is nog niet afgerond. De afstemming met de Gemeente
Amsterdam en ZAO zorgverzekeraar, het uitvoeringsorgaan voor deze regeling,
heeft tijd gevergd. Uitvoering van een aantal verbeteringen in de hulpverlening
heeft om deze reden vertraging opgelopen. </P>
<P>Ten opzichte van de taakstelling van GGZ-voorzieningen in Amsterdam
vervult Het Eliashuis zowel de functie 'voorportaal' voor verdere GGZ-hulp
als die van 'preventie'. </P>
<P>De samenwerking met de RIAGG Zuid 1 Nieuw-West en CCK (Crisiscentrum
Koninginneweg) is in 1995 reeds in gang gezet, vooruitlopend op overeenstemming
over de zorgvernieuwingsmiddelen. Er zijn afspraken gemaakt over de acute
crisisdienst, opnames en consultatie vanuit het CCK. Er is van deze mogelijkheden
ook regelmatig gebruik gemaakt. De acute dienst is hiermee voor Het Eliashuis
meer toegankelijk en bereikbaar gebleken. Over indicatiestelling inzake
de zorgvernieuwingsmiddelen en verdere afstemming tussen RIAGG / CCK en
Het Eliashuis is oriënterend gesproken. </P>
<P><A HREF="eljaar95.htm#"><IMG SRC="elterug.gif" BORDER=0 HEIGHT=35 WIDTH=20></A>
<BR>
<BR>
<BR>
<A NAME="Activiteiten"></A></P>
<P><B>Activiteiten</B></P>
<P>Het Eliashuis weet zich verbonden met instellingen en initiatieven die
hetzelfde doel - bestrijding van geweld in de samenleving - nastreven:
de instellingen voor vrouwenopvang in Amsterdam, de jeugdhulpverlening,
politie en justitie, vrouwenopvanghuizen in Nederland, de maatschappelijke
opvang in Amsterdam, maatschappelijke organisaties op terrein van welzijn
en zorg, gemeenteafdelingen, politiek en fondsen. </P>
<H4>Een aantal activiteiten in 1995</H4>
<H4>Publiciteit</H4>
<UL>
<LI>Een inleiding over effect van differentiatiebeleid bij de gemeentelijke
werkconferentie over preventie in de maatschappelijke opvang ijanuari).
</LI>
</UL>
<UL>
<LI>Inleidingen voor de winter- en zomerschool van Het Mozeshuis ijanuari
en juli). </LI>
</UL>
<UL>
<LI>Organisatie van en interview met het blad 'Onze Wereld', leidend tot
een artikel over alleenstaande arabische vrouwen (april). </LI>
</UL>
<UL>
<LI>In het kader van de werkzaamheden voor het Meldpunt: het artikel 'Thuisgeweld
tegen vrouwen' in het Tijdschrift voor Criminologie, themanummer gezinsgeweld,
december 1995. Deze publicatie leidde tot talrijke kontakten met de media
en tevens tot vervolgpubliciteit in landelijke en regionale dagbladen,
en radioprogramma's. </LI>
</UL>
<P><B>Bezoek, kennisoverdracht en uitwisseling door het ontvangen van bezoek
uit binnen- en buitenland. </B></P>
<UL>
<LI>Delegaties uit het buitenland kwamen in 1995 uit: u Nicaragua: vanuit
kontakt met het landelijk beraad stedenbanden Nederland - Nicaragua; enkele
initiatiefneemsters van projecten voor vrouwen en kinderen in Managua ijuni);
</LI>
</UL>
<UL>
<LI>Zuidelijk Afrika: op verzoek van het comité Zuidelijk Afrika;
onder meer de oprichtster van een ambulant centrum voor vrouwen die thuisgeweld
ondervinden, in Kaapstad ijuli, oktober); </LI>
</UL>
<UL>
<LI>Israël: vertegenwoordigsters van Wizo, een organisatie die een
vluchthuis en centra voor behandeling en voorkoming van geweld binnen het
gezin exploiteert (december); </LI>
</UL>
<UL>
<LI>Duitsland en België: uitwisseling met collega-instellingen in
Vlaanderen, München en Berlijn (februari, mei, juli). </LI>
</UL>
<P><B>Voorlichting over vrouwenmishandeling aan</B> <B>politieagenten in
opleiding bij de regiopolitie Amsterdam Amstelland (voorjaar).</B></P>
<H2><FONT SIZE=+0>Medewerking aan onderzoek van derden:</FONT></H2>
<UL>
<LI>Het NCGV naar 'Hulpverlening aan allochtone vrouwen met psychische
problemen. Het hulpaanbod in Amsterdam voor Surinaamse, Antilliaanse/Arubaanse,
Turkse en Marokkaanse vrouwen met psychische problemen' (Margreet ten Have
e.a., NCGVReeks 1996/3). Waar GGZ-voorzieningen (te) weinig deze vrouwen
behandelen, zijn deze groepen in de vrouwenopvangvoorzieningen zoals Het
Eliashuis oververtegenwoordigd zijn in de cliëntengroep (voorjaar).
</LI>
</UL>
<UL>
<LI>De Ziekenfondsraad inzake AWBZ-begeleiding in instellingen voor maatschappelijke
opvang (Hoeksma, Homans en Menting, oktober 1995). Eén van de conclusies
van het onderzoeksrapport is dat de geboden begeleiding gelijkwaardig is
aan GGZ-begeleiding ijuli - september). </LI>
</UL>
<UL>
<LI>Marian van Hartingsveld, onder leiding van Renée Römkens,
naar de knelpunten in de hulpverlening aan mishandelde vrouwen (uitgave
Vakgroep Vrouwenstudies Universiteit Utrecht, 1996, onder de titel 'Onbekend
terrein?') (voorjaar). </LI>
</UL>
<H2><FONT SIZE=+0>Netwerkontwikkeling:</FONT></H2>
<UL>
<LI>Organisatie van en deelname aan de Projectgroep van het Meldpunt Vrouwenopvang
Amsterdam. </LI>
<LI>Deelname aan het Platform Opvang Amsterdam. </LI>
<LI>Deelname aan overleg van de Federatie Opvang met de grote steden, het
platform vrouwenopvang en themabijeenkomsten; vergaderingen van de VOG,
werkgeversvereniging voor de sector. </LI>
<LI>Kontakt met het Steunpunt Seksueel Geweld, het Emancipatiebureau en
de Strategiegroep Vrouwenhulpverlening Amsterdam. </LI>
</UL>
<P>In samenwerking met Blijf van m'n Lijf Amsterdam zijn voorstellen voor
een preventieve aanpak bij thuisgeweld ontwikkeld. Er zijn verschillende
invalshoeken gekozen die elkaar kunnen versterken. De samenhang ervan is
essentieel. Voorstellen zijn gedaan voor: een meer actieve houding van
de politie, (vroeg)tijdige melding en hulpverlening, netwerkvonning voor
nazorg en ook voorzorg, voorlichting, en onderzoek naar de mogelijkheden
van daderhulpverlening. Eind 1995 zijn deze plannen aan de Wethouder Maatschappelijke-
en Gezondheidszorg in Amsterdam aangeboden. Er is kontakt met het landelijk
preventieproject, ondergebracht bij Transact en met bestaande initiatieven
in Nederland. </P>
<P>Eén en ander leidde tot een gemeentelijke Werkconferentie 'Naar
een effectief beleid tegen vrouwenmishandeling' op 31 januari 1996 waar
een lezing werd verzorgd met de titel 'Op geslagen vrouwen kun je geen
samenleving bouwen'. </P>
<P><A HREF="eljaar95.htm#"><IMG SRC="elterug.gif" BORDER=0 HEIGHT=35 WIDTH=20></A>
<BR>
<BR>
<BR>
<A NAME="Onderneming"></A></P>
<P><B>De onderneming</B></P>
<P>In 1995 zijn inspanningen verricht om Het Eliashuis te laten functioneren
als sociale onderneming. Enkele concrete activiteiten waren op deze omslag
gericht: </P>
<UL>
<LI>Vergroting van kennis en vaardigheden. De middelen voor deskundigheidsbevordering
werden ingezet voor: verdere scholing in financieel management, methodische
werkontwikkeling en supervisie voor de hulpverleensters, teamvorming en
voor verbetering van de kwaliteit van de dienstverlening. </LI>
</UL>
<UL>
<LI>In het kader van arbo-wetgeving volgden alle medewerksters die betrokken
zijn bij de continuïteit van het zeven maal 24-uurs verblijf, een
ehbocursus inclusief herhalingsbijeenkomsten. Deze cursus is in samenwerking
met Blijf van m'n Lijf opgezet en is daarmee specifiek op de residentiële
opvang van vrouwen en kinderen gericht. </LI>
</UL>
<UL>
<LI>Verbetering van kwaliteit en rendement. Een eerste periode van tijdschrijven
gaf inzicht in de bestaande werkwijze. De beschrijving van de producten
in functionele termen werd intern voorbereid. In 1996 zal een prijsstelling
per product kunnen worden geleverd. </LI>
</UL>
<UL>
<LI>Verheldering van de structuur van de organisatie. Er werden vier teams
gevormd: 'hulpverlening eerste en tweede fase', 'project vrouwen 40-60',
'kinderactiviteiten en opvang' en 'interne dienst'. Het werkoverleg is
met deze teams opnieuw vormgegeven. </LI>
</UL>
<P>De werkwijze in project vrouwen 40-60 is in 1995 geëvalueerd en
daarna verbeterd. Aan het team vrijwillige medewerksters wordt leiding
gegeven door twee hulpverleensters met coördinerende taken. Dit heeft
eind 1995 zijn beslag gekregen. </P>
<P>Het team kinderactiviteiten is eind 1995 gevormd. Er zijn meer middelen
voor deze sector ter beschikking gesteld. Daarnaast is subsidie vanuit
de Melkert-1 regeling toegekend, waarmee enkele gastvrouwen voor de kinderen
aan het werk zijn gegaan. </P>
<P>Voor de werkzaamheden van de interne dienst zijn enkele nieuwe banenpoolplaatsen
beschikbaar gesteld als conciërge/receptioniste. Eind 1995 waren er
ruim 25 medewerkers in dienstverband (ruim 18 fulltime formatieplaatsen),
5 banenpoolmedewerksters, ongeveer 10 oproepkrachten, 4 stagiaires en 12
vrijwillige medewerksters in project vrouwen 40-60. </P>
<P>Er zijn drie medewerksters werkzaam voor in totaal 60 uur per week ten
behoeve van het Meldpunt Vrouwenopvang Amsterdam. </P>
<P>Ruim 30% van het personeel is allochtoon. Communicatie is mogelijk in
het Turks, Arabisch, Surinaams en een aantal Europese talen. </P>
<P>Het Eliashuis heeft zich in 1995 aangesloten bij een arbo-dienst. Het
ziekteverzuimcijfer in 1995 was 7,4%.</P>
<P>Het gebouw is nieuw/vernieuwd opgeleverd in 1994. Een eerste ronde van
aanpassingen en verbeteringen is eind 1995 voorbereid en zal begin 1996
worden uitgevoerd. </P>
<P>Er waren in 1995 geen wisselingen in het bestuur van Het Eliashuis.
Het bestuur vergaderde zeven keer, was aanwezig bij twee plenaire bijeenkomsten
en enkele informele gelegenheden. </P>
<H3>Tot slot</H3>
<P>In 1996 zal de inzet van zorgvernieuwingsmiddelen een reorganisatie
mogelijk maken waarin versterking van het begeleidingsaanbod centraal staat.
Deze gaat in de richting die al werd genoemd: een cliëntvolgsysteem,
verdere structurering en specialisatie van taken. Daarnaast zal uitbreiding
van de samenwerking met andere organisaties tot stand komen. </P>
<P>Ook komen landelijk ontwikkelde instrumenten voor kwaliteitsverbetering
ter beschikking. </P>
<P>Met betrekking tot de preventieactiviteiten, waarmee een begin kan worden
gemaakt, zal worden bezien of bundeling van telefonische diensten daarvan
deel kan gaan uitmaken. </P>
<P><BR>
<A HREF="eljaar95.htm#"><IMG SRC="elterug.gif" BORDER=0 HEIGHT=35 WIDTH=20></A>
<BR>
<BR>
<HR><I><FONT SIZE=-1>Web-Design R.K. - updated 12/1/97 - </FONT></I></P>
</BODY>
</HTML>