Het tab-stop kommando wordt gebruikt om stukken tekst exact te kunnen
positioneren, b.v. bij het maken van tabellen. We kunnen hier twee soorten
kommando's onderscheiden. Allereerst zijn er de tab-instellingen. Hiermee
wordt aangegeven waar de tabs moeten worden gepositioneerd.
Daarnaast zijn er de tab-stops, die aangeven dat er naar een bepaalde
positie gesprongen moet worden. Binnen LATEX kunnen tab-stops alleen binnen
een tabbing-omgeving worden gebruikt. zorgt er voor
dat alleen regels waar één of meerdere tab-stops in voorkomen in
zo'n tabbing-omgeving worden gezet.
Binnen WordPerfect dient een regel waarin tabs voorkomen afgesloten te worden
met een harde regelovergang. Is dit niet het geval, dan zullen de
tab-posities in het gegenereerde LATEX-dokument niet vastliggen. LATEX
zal zulke regels foutief uitvullen.
De volgende WordPerfect-invoer zal foutief gekonverteerd worden :
Tekst1 [Tab] tekst2 [Tab] tekst3 [ZRt] tekst4 [Tab] tekst5. [HRt]
Beter is :
Tekst1 [Tab] tekst2 [Tab] tekst3 [HRt] tekst4 [Tab] tekst5. [HRt]
Een tab-instelling binnen een regel geldt voor de hele regel.
Geadviseerd wordt om tab-instellingen vóór een regel of vooraan
in de desbetreffende regel te plaatsen.
Enkele restricties :
Bij LATEX worden in een tabbing-omgeving kommando's als \',
\` en \= gebruikt. Deze kommando's dienen
buiten een tabbing-omgeving voor het plaatsen van accenten. Binnen een
tabbing-omgeving moeten deze kommando's voor het plaatsen van
accenten vervangen worden door resp. \a', \a` en \a=.
houdt hier géén rekening mee.
Dit betekent dat de gebruiker, ná de konversie, zelf deze kommando's
dient te vervangen.
Binnen WordPerfect 5.0 kunnen maximaal 40 tabs ingesteld worden.
LATEX kent maximaal 14 tabinstellingen. Dit heeft tot gevolg
dat, wil men gaan konverteren, er binnen WordPerfect maximaal
14 tabs ingesteld mogen worden.
Worden er meer dan 14 tabs ingesteld, dan zal de verwerking door
LATEX resulteren in een aantal foutmeldingen met als uiteindelijke
resultaat dat een aantal tabs worden genegeerd.