Op ons netwerk gaan we ook een DHCP-server draaien. Iedere computer krijgt dan automatisch een IP-adres door de server toegewezen en u hoeft zich vervolgens niet meer druk te maken over die instellingen. Installatie onder Debian gaat via de packagemanager (zie hfd. 1.4); gebruikt u een andere distributie, dan kunt u ISC dhcpd downloaden (isc.org/products/DHCP).

Na installatie van de DHCP-serversoftware bewerken we /etc/dhcpd.conf:

Vervolgens bewerken we /etc/default/dhcp, waarin we aangeven op welke netwerkkaart(en) de DHCP-server actief moet zijn. In ons geval is dat eth1 (voor het lokale netwerk).

Om de instellingen te bevestigen herstarten we tot slot de DHCP-server met

/etc/init.d/dhcp restart