Input #, instructie

       

Leest gegevens uit een geopend sequentieel bestand en wijst deze gegevens toe aan variabelen.

Syntaxis

Input #bestandsnummer, varlijst

De syntaxis van de instructie Input # bestaat uit de volgende onderdelen:

Onderdeel Beschrijving
bestandsnummer Vereist. Elk geldig bestandsnummer.
varlijst Vereist. Lijst met variabelen die door komma's van elkaar zijn gescheiden. De variabelen zijn toegewezen waarden die uit het bestand worden gelezen. Dit kan geen matrix of objectvariabele zijn. U kunt echter wel variabelen gebruiken die een onderdeel van een matrix of een door de gebruiker gedefinieerd gegevenstype beschrijven.

Notities

Gegevens die met Input # worden gelezen, worden meestal met Write # naar een bestand weggeschreven. Gebruik deze instructie alleen voor bestanden die zijn geopend in de modus Input of Binary.

Als standaard tekenreeksen en numerieke gegevens worden gelezen, worden deze zonder wijzigingen toegewezen aan variabelen. In de volgende tabel kunt u zien wat er met andere invoergegevens gebeurt:

Gegevens Waarde toegewezen aan variabele
Komma (scheidingsteken) of witregel Leeg
#NULL# Null
#TRUE# of #FALSE# True of False
#jjjj-mm-dd hh:mm:ss# De datum en/of tijd die door de expressie wordt gegeven.
#ERROR foutnummer# foutnummer (variabele is een Variant met de label fout).

Dubbele aanhalingstekens (" ") in de invoergegevens worden genegeerd.

Opmerking   Gebruik in de instructie Input # nooit tekenreeksen die zelf aanhalingstekens bevatten, zoals in "1,2""X": Input # beschouwt deze tekenreeks als twee volledige en gescheiden tekenreeksen.

De gegevenselementen in een bestand moeten dezelfde volgorde hebben als de variabelen in de varlijst en kunnen alleen worden vergeleken met variabelen van hetzelfde gegevenstype. Als een variabele numeriek is en het gegevenselement niet, wordt de waarde nul toegewezen aan de variabele.

Als het einde van het bestand wordt bereikt terwijl nog een gegevenselement wordt ingevoerd, stopt de invoer en treedt een fout op.

Opmerking Als u wilt dat gegevens uit een bestand op de juiste manier naar de variabelen worden gelezen met Input #, dient u de instructie Write # en niet Print # te gebruiken voor het schrijven van de gegevens naar de bestanden. Met Write # wordt elk gegevensveld juist gescheiden van de volgende en vorige velden.