Print, methode

           

Drukt tekst in het venster Direct af.

Syntaxis

object.Print [uitvoerlijst]

De syntaxis van de methode Print heeft de volgende objectkwalificatie en onderdelen:

Onderdeel Beschrijving
Object Optioneel. Een objectexpressie die gelijkwaardig is aan een object in de lijst Van toepassing op.
uitvoerlijst Optioneel. Een expressie of lijst met expressies die moet worden afgedrukt. Als dit onderdeel wordt weggelaten, wordt een lege regel afgedrukt.

Het argument uitvoerlijst heeft de volgende syntaxis en onderdelen:

{Spc(n) | Tab(n)} expressie tekenpos

Onderdeel Beschrijving
Spc(n) Optioneel. Hiermee kunt u spaties invoegen in de uitvoer, waarbij n staat voor het aantal in te voegen spaties.
Tab(n) Optioneel. Hiermee kunt u de invoegpositie op een absoluut kolomnummer plaatsen, waarbij n het kolomnummer is. Gebruik Tab zonder argument om de invoegpositie aan het begin van het volgende afdrukgebied te plaatsen.
expressie Optioneel. Een numerieke expressie of tekenreeksexpressie die moet worden afgedrukt.
tekenpos Optioneel. Geeft de invoegpositie voor het volgende teken aan. Gebruik een puntkomma (;) om de invoegpositie direct na het laatst weergegeven teken te plaatsen. Gebruik Tab(n) om de invoegpositie op een absoluut kolomnummer te plaatsen. Gebruik Tab zonder argument om de invoegpositie aan het begin van het volgende afdrukgebied te plaatsen. Als tekenpos niet wordt gebruikt, wordt het volgende teken op de volgende regel afgedrukt.

Notities

Meerdere expressies kunnen worden gescheiden door een spatie of een puntkomma.

Alle gegevens die worden afgedrukt naar het deelvenster Immediate zijn op de juiste manier opgemaakt met het juiste decimale scheidingsteken dat is opgegeven bij de lokale instellingen van uw systeem. De sleutelwoorden worden uitgevoerd in de geldige taal van de hosttoepassing.

Voor Boole-gegevens wordt True of False afgedrukt. De sleutelwoorden True en False worden op een Nederlands systeem omgezet in Waar en Onwaar.

Date-gegevens worden genoteerd in de korte datumnotitie die door uw systeem wordt herkend. Wanneer het datum- of tijdonderdeel ontbreekt of nul is, worden alleen de aanwezige gegevens genoteerd.

Als de uitvoerlijst Empty is, wordt niets geschreven. Is de uitvoerlijst echter Null, dan is Null de uitvoer. Het sleutelwoord Null wordt dan omgezet in de taal die voor uw systeem is ingesteld.

Op een Nederlands systeem is dat het sleutelwoord Nul. De uitvoer van foutgegevens wordt geschreven als Error foutcode. Het sleutelwoord Error wordt omgezet in de taal die voor uw systeem is ingesteld. Op een Nederlands systeem is dat het sleutelwoord Fout.

Het object is vereist als de methode buiten een module met een standaardweergaveruimte wordt gebruikt. Er treedt bijvoorbeeld een fout op als de methode wordt opgeroepen in een standaardmodule zonder dat u een object hebt opgegeven. Uitvoerlijst wordt echter weergegeven op het formulier als de methode in de formulierenmodule wordt opgeroepen.

Opmerking Omdat de methode Print doorgaans proportionele tekens afdrukt, is het van belang te weten dat er geen verband bestaat tussen het aantal tekens dat wordt afgedrukt en het aantal kolommen met vaste breedte waarin de tekens zich bevinden. Een breed teken, zoals een "W", beslaat bijvoorbeeld meer dan ΘΘn kolom met vaste breedte, terwijl een smal teken zoals een "I" minder ruimte beslaat. Rekening houdend met gevallen waar bredere tekens worden gebruikt, moet u ervoor zorgen dat er voldoende ruimte is tussen de kolommen in een tabel. U kunt ook in een lettertype met vaste tekenbreedte afdrukken (zoals Courier) om te zorgen dat elk teken precies ΘΘn kolom beslaat.