Input, functie

       

Geeft als resultaat een String met tekens uit een bestand dat is geopend in de modus Input of Binary.

Syntaxis

Input(getal, [#]bestandsnummer)

De syntaxis van de functie Input bestaat uit de volgende onderdelen:

Onderdeel Beschrijving
aantal Vereist. Elke geldige numerieke expressie waarmee het aantal tekens van het resultaat wordt aangegeven.
bestandsnummer Vereist. Elk geldig bestandsnummer.

Notities

Gegevens die met Input # worden gelezen, worden meestal met Print # of Put naar een bestand weggeschreven. Gebruik deze functie alleen voor bestanden die zijn geopend in de modus Input of Binary.

In tegenstelling tot de instructie Input #, geeft de functie Input alle gelezen tekens als resultaat, inclusief komma's, regelteruglopen, regelinvoer, aanhalingstekens en voorloopspaties.

Als u een bestand dat is geopend voor binaire toegang probeert te lezen met de functie Input totdat EOF als resultaat True geeft, resulteert dit in een fout. Gebruik voor het lezen van binaire bestanden met Input de functies LOF en Loc in plaats van de functie EOF, of gebruik Get bij het uitvoeren van de functie.

Opmerking Gebruik de functie InputB voor bytegegevens in tekstbestanden. Met InputB bepaalt aantal het aantal bytes voor het resultaat in plaats van het aantal tekens dat als resultaat moet worden gegeven.