Gids 12 1994

Toekomst:

Electronische enen en nullen & de angst de trein te missen

De knipselmap `Informatie-maatschappij' van de VPRO-afdeling Documentatie doet de lezer de ademhaling versnellen, de bloeddruk stijgen en van zenuwen de billen samenknijpen. We staan op de grens van een nieuw tijdperk! De electronische maatschappij komt er aan! Binnen afzienbare tijd ontwaak je met bits en slaap je in met bytes. Een kijkje in de wereld van de Electronische Snelweg.

'S Ochtends zet je je computer aan en roetsj je via de electronische snelweg de wereld in. Op weg naar je werk stop je bij de digitale supermarkt, waar je boodschappen bestelt die later op de dag thuis worden bezorgd. Betaling geschiedt automatisch via je bankrekening. Je neemt even de electronische afslag naar de brandweer om je excuses aan te bieden voor het valse alarm dat je gisteravond in een melige bui via je computer hebt doorgegeven, met als gevolg dat er drie loeiende brandweerwagens de straat in k wamen rijden. Vervolgens log je in bij je 78-jarige moeder, die geheel electronisch laat weten dat ze het goed maakt en vraagt hoe het met de kleinkinderen is. Na een korte stop bij de videotheek, waar je `Desperately Seeking Susan' bestelt voor 19.15 uur - precies ná Lingo, want daar doe je iedere dag aan mee vanuit de luie stoel in je huiskamer - herinner je je dat je nog moet stemmen voor de gemeenteraadsverkiezingen. Dankzij een speciale code kan alleen jij op jouw naam een electronische stem uitbrengen, zonde r dat je door de `pissing rain' naar het tot stembureau omgebouwde gymnastieklokaal hoeft te lopen.

Dan is het tijd naar je werk te gaan. Vanachter je computer zoek je aansluiting met het netwerk van je werkgever en gaat doen waarvoor je bent aangenomen. Als je een collega iets wilt vragen, zoek je via het beeldscherm contact en omdat in iedere computer een camera en microfoon is ingebouwd, kun je elkaar horen én zien. Bij de wekelijkse afdelingsvergadering worden alle computers op elkaar aangesloten: video-vergaderen.

De computer als centrale toegang tot de wereld - als je de kranteknipsels over dit onderwerp mag geloven, gaan de ontwikkelingen razendsnel en kan het niet lang meer duren voor het zover is. `Telefoonnet wordt informatiesnelweg', `Get Wired', `Supersnel telefoonnet breekt langzaam door', `Video-vergaderen gaat vlotter', `Nieuwe techniek biedt talrijke toepassingen', aldus een aantal krantekoppen van de afgelopen tijd. Aan al deze optimistische geluiden ligt een aantal ontwikkelingen ten grondslag. De belangrijkste is de `digitalisering' van informatie. Informatie is hier op te vatten in de ruimste zin des woords: encyclopedieën, televisie- en radio-programma's, catalogi, weerbericht, nieuws, telefoongesprekken, faxberichten, muziek, etc. Bij digitaliseren wordt alle informatie omgezet in electronische nullen en enen. Al die nullen en enen kunnen makkelijk worden opgeslagen op een CD, of op de harde schijf van een co mputer of op een floppy-disk.

Foeke de Wolf:
`Electronische snelweg laat nog op zich wachten'

Een tweede ontwikkeling is de mogelijkheid steeds grotere hoeveelheden gedigitaliseerde informatie te transporteren. Dit transport gebeurt via netwerken - bijvoorbeeld het kabelnet of het telefoonnet. Tot nu toe is het netwerk dat het radio- en televisiesignaal verstuurt, gescheiden van het telefoonnet. Maar omdat informatie steeds vaker in digitale vorm wordt aangeboden, kan van beide netwerken één worden gemaakt. Door de toenemende transportcapaciteit is het mogelijk rechtstreeks via de kabel of het telefoonnet een videofilm bij de videotheek te bestellen. Het is niet meer nodig er op uit te gaan om een videoband op te halen. Ook de Wehkamp-catalogus kan via de computer worden opgeroepen en de consument kan vervolgens via het beeldscherm ondergoed en een nieuw servies bestellen. Dit laatste, het via je eigen computer een catalogus oproepen en vervolgens iets bestellen, is de derde belangrijke ontwikkeling en heet `interactiviteit'. Dat betekent dat een `informatie-producent' (zoals een omroeporganisatie of een postorderbedrijf) zijn informatie naar de consument stuurt en direct een reactie kan verwachten. De Vara zendt bijvoorbeeld Lingo uit en de kijker kan vanuit zijn huiskamer meespelen.

J.W. Kalkman:
`Mediawet aanpassen aan technologische veranderingen'

De PC geeft dus via één enkele kabel aansluiting op de rest van de wereld. Deze ene kabel wordt de `electronische snelweg' genoemd, met talloze afslagen naar alle mogelijke `informatie-produkten': 06-nummers, databanken, catalogi, etc.
Deze snelweg zou weleens ingrijpende wijzigingen voor onze samenleving kunnen brengen. Maar zoals altijd is de theorie mooier dan de praktijk. Foeke de Wolf, beleidsmedewerker Technische Zaken en Projectontwikkeling van de NOS, is bereid enige relativerende kanttekeningen te plaatsen.
Voor de televisie-directeuren van de publieke omroepen heeft hij onlangs een voordracht gehouden over de ontwikkelingen op het gebied van de electronische revolutie en de dromers met beide benen op de grond gezet. Het loopt allemaal zo'n vaart nog niet, meent hij.
Ten eerste de genoemde digitalisering van informatie. `Door de digitalisering valt technisch gezien de grens tussen telefoon, televisie en radio weg', vertelt hij in zijn zakelijk ingerichte werkkamer in het Mediacentrum op het NOB-terrein in Hilversum. `Maar de techniek is nog niet zover dat alles gedigitaliseerd kan worden. Bij de radio wordt het geluid digitaal geproduceerd en opgeslagen, maar nog analoog uitgezonden. In de audio- en video-wereld is de overgang naar digitaal nog bezig.'

En dan de telefoon- en kabelnetten. Die bestaan voor het grootste gedeelte nog uit koperen draadjes. Het is mogelijk om via deze draadjes digitale informatie te versturen, maar slechts in beperkte hoeveelheid. Wil er iets van de mooie electronische snelweg gerealiseerd kunnen worden, dan moet glasvezelkabel die koperen leidingen vervangen. Kosten: 15 miljard gulden. De PTT overweegt hiermee in de tweede helft van dit decennium te beginnen, maar voordat ieder huis in Nederland een aansluiting heeft op een gl asvezelkabel, zijn we al weer vele jaren verder.

De derde ontwikkeling, de interactiviteit, is in de ogen van beleidsmedewerker De Wolf ook niet zo spectaculair. Zolang de consumenten geen glasvezelkabels hebben, bestaat er nauwelijks de mogelijkheid om via de kabel een signaal te ontvangen en tegelijkertijd uit te zenden. De enige `interactiviteit' die op dit moment bestaat, is dat een kijker via de telefoon in een televisie-uitzending komt. Maar dat is niet echt `interactief', vindt De Wolf. En bij programma's waar veel kijkers bellen, slaat de telefoon centrale op hol en wordt het programma juist onbereikbaar. Wég interactiviteit.

De laatste relativerende klap die De Wolf toebrengt aan het electronisch enthousiasme, bestaat uit de vraag wat die ontwikkelingen nu eigenlijk voor toegevoegde waarde hebben. `Het is leuk om via de computer bij Wehkamp een bestelling te plaatsen. Maar dat kun je nu ook al via de telefoon doen. In Frankrijk bestaat de zogenaamde Minitel, die zeer succesvol is. Het is een soort computer waarmee consumenten via de telefoon allerlei diensten thuis kunnen opvragen. En wat blijkt de meestgevraagde dienst te zijn ? Seks. Moet je daarvoor nu al die dure electronische zaken ontwikkelen?'
Al met al zijn de ontwikkelingen nog lang niet zo ver als het af en toe lijkt, aldus de Wolf. `Die verhalen over Electronic Highway en interactieve diensten veroorzaken veel onrust. Bedrijven hebben het gevoel erbij aangesloten te moeten zijn omdat ze anders de trein missen. Maar het is nog niet bewezen dat deze trein echt gaat rijden. Op dit moment zijn de ontwikkelingen het laboratoriumstadium ontgroeid en wordt onderzocht wat de markt wil. Er zal in de toekomst wel het een en ander gebeuren op dit gebied , maar het tempo en de omvang zal wellicht minder zijn dan vanuit de technische hoek wordt voorspeld.'

Ook de Mediaraad, het adviesorgaan voor de regering op het gebied van de Media, heeft zich inmiddels bezonnen op de nieuwe ontwikkelingen. Het is misschien niet zeker dat die electronische snelweg er in alle glorie komt, maar de wetgever moet wel degelijk rekening houden met de mogelijkheid, aldus de Mediaraad. De Raad is bezig met het schrijven van een rapport waarin geprobeerd wordt een breed beeld te schetsen van alle mogelijke ontwikkelingen op het gebied van de electronische media. Het rapport bestaat uit drie delen, waarvan de eerste twee inmiddels zijn verschenen. Een van de voorstellen is de pas vernieuwde Mediawet radicaal te wijzigen. Daarin wordt namelijk op gedetailleerde wijze de structuur van de publieke omroep vastgesteld, maar allerlei andere informatie-diensten komen er niet of nauwelijks aan bod. `Het overheidsbeleid inzake de informatie-voorziening is gefixeerd op de publieke omroep. Nieuwe mogelijkheden en veranderende omstandigheden doen de vraag rijzen of niet ook voor andere informatie-diensten aandacht in het beleid moet worden ingeruimd', aldus het rapport.
Het voorstel van de Mediaraad behelst het wettelijk vastleggen van een kader waarbinnen alle mogelijke informatie-diensten passen. Voor het gemak is er alvast een nieuwe naam voor deze vernieuwde Mediawet bedacht: de Wet Informatieproduktie (WIP). J.W. Kalkman is secretaris van de Mediaraad die resideert in een statig herenhuis aan de Lange Voorhout in Den Haag. De eerste twee delen van het advies van de Mediaraad hebben veel positieve reacties opgeleverd, vertelt hij. De platenindustrie, de ministeries - m et uitzondering van WVC - en politieke partijen hebben belangstelling getoond voor de revolutionaire visie van de Raad.
`Wij denken dat er op economisch en technologisch gebied veel kan gaan veranderen', formuleert Kalkman voorzichtig. `Als overheid moet je daarbij kunnen aansluiten. De nieuwe Mediawet is star en had ook in 1920 gemaakt kunnen worden. Alles ligt voor tien jaar vast, terwijl er de komende tijd wel degelijk iets gaat veranderen. Je kunt alle ontwikkelingen niet in een apart hokje stoppen en de publieke omroep scheiden van de rest.'
De door de Mediaraad voorgestelde wet is bedoeld om een duidelijker onderscheid te maken tussen het produceren van informatie, het vervoeren van informatie en de toegankelijkheid tot informatie-kanalen. Nu overlappen deze drie gebieden elkaar nog. `Er is zoveel aan het veranderen, dat de regelgeving op mediagebied uiteengerafeld moet worden', aldus Kalkman.

Hindert het hem niet dat de minister zich weinig aantrekt van de adviezen van de Mediaraad? `Mediabeleid is een politiek gevoelig onderwerp, waar iedereen een mening over heeft. De Mediaraad kijkt vooral naar de toekomst. Bewust staat er in het rapport dat er nog verder nagedacht moet worden over dit onderwerp.'
Schouderophalend legt hij uit dat wetten nu eenmaal een compromis zijn van verschillende opvattingen. Voor een radicaal nieuwe visie is nu nog geen ruimte. Ook al is er door de overheid dan niet geluisterd naar de Mediaraad, Kalkman blijft plezier houden in zijn werk. `Intellectueel gezien is het schrijven van dit rapport bevredigender dan het schrijven van de Mediawet', legt hij uit. `Want hier kun je consequenter blijven.'

P. Lensink


Gids Home