Sneltoets |
Functie |
ALT+SPATIEBALK |
Geeft het systeemmenu weer. |
SHIFT+F10 |
Geeft het snelmenu van het Help-venster weer. |
ALT+TAB |
Schakelt tussen het Help-venster en andere geopende vensters. |
ALT+O |
Geeft het menu Opties weer. |
ALT+O, gevolgd door 'T' |
Verbergt of toont het navigatiedeelvenster. |
CTRL+TAB |
Schakelt naar de volgende tab in het navigatiedeelvenster. |
CTRL+SHIFT+TAB |
Schakelt naar de vorige tab in het navigatiedeelvenster. |
PIJL-OMHOOG |
Gaat één onderwerp omhoog in de inhoudsopgave, index of lijst met zoekresultaten. |
PIJL-OMLAAG |
Gaat één onderwerp omlaag in de inhoudsopgave, index of lijst met zoekresultaten. |
PAGE UP |
Gaat één pagina omhoog in de inhoudsopgave, index of lijst met zoekresultaten. |
PAGE DOWN |
Gaat één pagina omlaag in de inhoudsopgave, index of lijst met zoekresultaten. |
F6 |
Schakelt tussen het navigatiedeelvenster en deelvenster met onderwerpen. |
ALT+O, gevolgd door 'R' |
Vernieuwt het onderwerp dat in het deelvenster met onderwerpen weergegeven wordt. |
PIJL-OMHOOG of PIJL-OMLAAG |
Scrolt door een onderwerp. |
Ctrl+Home |
Gaat naar het begin van een onderwerp. |
Ctrl+End |
Gaat naar het einde van een onderwerp. |
CTRL+A |
Markeert alle tekst in het deelvenster met onderwerpen. |
ALT+O, gevolgd door 'P' |
Drukt een onderwerp af. |
ALT+O, gevolgd door 'B' |
Gaat terug naar het eerder bekeken onderwerp. |
ALT+O, gevolgd door 'F' |
Gaat vooruit naar het volgende (eerder bekeken) bekeken onderwerp. |
ALT+F4 |
Het Help-venster sluiten. |