Nieuwe functies in Adreslijsttoegang
Met Adreslijsttoegang in Mac OS X versie 10.3 kunt u de volgende nieuwe functies voor adreslijstvoorzieningen configureren:
- Ondersteuning voor replicatie van LDAP-adreslijsten. Als u een verbinding met een LDAP-adreslijst configureert waarvoor in uw netwerk replica's bestaan en de verbinding kan niet tot stand worden gebracht, wordt automatisch verbinding gemaakt met de dichtstbijzijnde beschikbare replica.
- Vereenvoudigde integratie met Active Directory. U kunt nu toegang krijgen tot de basisgegevens van gebruikers, groepen en computers die in het eigen adreslijstdomein van Microsoft op een Windows 2000- of Windows 2003-server worden bewaard, zonder wijzigingen aan te brengen in het Active Directory-schema. (U moet wel wijzigingen aanbrengen in het Active Directory-schema als u Mac OS X-clients volledig wilt beheren met Mac OS X Server.)
- Samengevoegde configuratie van verbindingen met LDAPv3- en LDAPv2-adreslijsten. U kunt nu toegang krijgen tot een LDAPv2-adreslijst door een LDAPv3-verbinding te configureren. Als op de computer een bestaande configuratie voor een LDAPv2-verbinding is gedefinieerd, wordt deze automatisch geconverteerd naar LDAPv3.
- Gecombineerde configuratie van BSD flat-bestanden en NIS. De verbindingsinstellingen voor NIS-domeinen en de gegevens over het gebruik van BSD flat-bestanden (waarvoor geen verbindingsinstellingen vereist zijn), zijn samengebracht in één venster.
- Zoeken naar bestandsservers gebaseerd op instellingen in Adreslijsttoegang. In de Finder wordt met het netwerksymbool servers weergegeven die door adreslijstvoorzieningen worden opgespoord met behulp van de detectieprotocollen die zijn ingeschakeld in Adreslijsttoegang. Tot deze protocollen behoren Rendezvous, SMB, SLP en AppleTalk.