Een computerrecord toevoegen aan een bovenliggend NetInfo-domein


Adreslijstdomeinen van Mac OS X-computers kunnen via het Broadcast-protocol aan een bovenliggend NetInfo-domeinworden gekoppeld. In het bovenliggende NetInfo-domein moet een computerrecord zijn gedefinieerd voor elke Mac OS X-computer die eraan kan worden gekoppeld via het Broadcast-protocol. U kunt computerrecords aanmaken met het programma NetInfo-beheer.

  1. Open NetInfo-beheer op de computer waarop het bovenliggende domein zich bevindt en open vervolgens het domein.
  2. Klik op het hangslotsymbool en geef de gebruikersnaam en het wachtwoord op van een beheerder van het directorydomein.
  3. Selecteer de directory 'machines' in de lijst met directory's.
  4. Kies 'Nieuwe subdirectory' uit het Directory-menu.
  5. Klik dubbel op 'nieuwe_dir' in de onderste lijst en geef de DNS-naam van de onderliggende computer op.
  6. Kies 'Nieuwe eigenschap' uit het Directory-menu.
  7. Wijzig 'nieuwe_eigenschap' in de onderste lijst in 'ip_adres' en wijzig 'nieuwe_waarde' in het IP-adres van de onderliggende computer.
  8. Kies 'Nieuwe eigenschap' uit het Directory-menu.
  9. Wijzig 'nieuwe_eigenschap' in 'bedient' en wijzig 'nieuwe_waarde' vervolgens in de naam en de NetInfo-tag van het lokale onderliggende domein. Scheid de naam en de tag met een schuine streep (/).

    Wijzig 'nieuwe_waarde' bijvoorbeeld in 'marketing.demo/local' voor het lokale domein op de computer 'marketing.demo'.

  10. Kies 'Bewaar wijzigingen' uit het Domein-menu en klik vervolgens op de knop 'Werk deze versie bij'.