
BSD-configuratiebestanden gebruiken
Doorgaans worden beheergegevens op UNIX-computers bewaard in configuratiebestanden zoals /etc/master.passwd, /etc/group en /etc/hosts. Hoewel Mac OS X op een BSD-versie van UNIX is gebaseerd, worden beheergegevens meestal opgehaald uit adreslijstdomeinen. De voordelen van het gebruik van adreslijstdomeinen worden elders in deze Help besproken.
In Mac OS X versie 10.2 en hoger (inclusief Mac OS X Server versie 10.2 en hoger) kunt u met Open Directory beheergegevens uit BSD-configuratiebestanden ophalen. Op deze manier kunnen organisaties die al met BSD-configuratiebestanden werken, kopieën van de bestaande bestanden op Mac OS X-computers gebruiken. BSD-configuratiebestanden kunnen afzonderlijk of samen met een of meer adreslijstdomeinen worden gebruikt.
- Configureer in elk BSD-configuratiebestand de vereiste gegevens voor de adreslijstvoorzieningen van Mac OS X.
- Maak een aangepaste zoekconfiguratie aan waarin het domein met de BSD-configuratiebestanden is opgenomen.
U moet in de aangepaste zoekconfiguratie het domein met de BSD-configuratiebestanden opgeven als '/BSD/local'.
In een ander Help-onderwerp wordt beschreven hoe u een aangepaste zoekconfiguratie kunt aanmaken.
Mac OS X Server versie 10.3 biedt ondersteuning voor een vastgelegde set BSD-configuratiebestanden. U kunt niet opgeven welke configuratiebestanden moeten worden gebruikt. U kunt de inhoud ervan ook niet koppelen aan recordtypen en -kenmerken van Mac OS X.