1. Start Taakplanner.
2. Klik met de rechtermuisknop op de taak die u wilt wijzigen en klik vervolgens op Eigenschappen.
3. Voer een of meer van de volgende bewerkingen uit:
   • Als u een ander programma wilt uitvoeren, typt u in het vak Uitvoeren het pad voor het nieuwe programma.
   • Als u het schema voor de taak wilt wijzigen, klikt u op het tabblad Schema.
   • Als u de instellingen voor de taak wilt wijzigen, klikt u op het tabblad Instellingen.

Opmerkingen

• Als u de gebruikersaccount wijzigt van het programma dat wordt uitgevoerd, moet u aangeven wat het wachtwoord is voor deze gebruikersaccount.
• Als het taakprogramma parameters vereist, typt u deze in het vak Uitvoeren achter het pad voor de taak.
• Als het pad naar het taakprogramma spaties bevat, plaatst u het volledige pad tussen dubbele aanhalingstekens ("").
• Controleer of de systeemdatum en -tijd van de computer goed zijn ingesteld. Aan de hand van deze gegevens wordt bepaald wanneer geplande taken moeten worden uitgevoerd. U kunt de datum en tijd controleren of wijzigen door te dubbelklikken op de klok op de Taakbalk.